Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Lasteren zij niet [23]den goeden naam, [24]die over u aangeroepen is? 23. Nnamelijk van den Heere Jezus Christus, den Zoon Gods. 24. Namelijk als gij in Zijn naam gedoopt zijt. Of naar welken gij toegenaamd zijt, namelijk Christenen; een Hebreeuwse wijze van spreken. Zie dergelijke Gen.48:16; Jes.4:1.